Jeffrey Sarpong (36) stopte pas twee maanden geleden als profvoetballer. Hij debuteerde in 2005 bij Ajax, waar hij in 2010 vertrok. Een nieuw avontuur bij Real Sociedad wachtte. Inderdaad, de komende opponent in de Europa League. Genoeg reden om bij te kletsen met de Amsterdammer!
Danny Blind liet jou debuteren voor Ajax op een koude decemberdag in 2005. Weet je nog wie de tegenstander was?
“Jazeker, ik debuteerde tijdens een KNVB-bekerduel met FC Eindhoven! We maakten volgens mij zes doelpunten, klopt dat?”
Yep! Het werd 1-6. Weet je jouw toenmalige rugnummer nog?
Zonder nadenken: “38! Ik viel in voor Angelos Charisteas.”
Nou, je hebt alles goed onthouden! Hoe was dat destijds?
“Het voelde als een droom die uitkwam. Ik kwam als zevenjarige bij Ajax terecht. Dan wil je maar één ding: ooit je debuut in het eerste elftal maken. Ik keek ook op naar veel jongens zoals Wesley Sneijder, Nigel de Jong, Ryan Babel en Urby Emanuelson. Dat waren allemaal zelfopgeleide jongens die voorbeelden voor mij waren. Toen ik uiteindelijk met hen in hetzelfde team terechtkwam, voelde dat fantastisch.”
Het was wel een mooie lichting, want je noemt wel wat namen op…
“Inderdaad! En we hadden bovenop al dat talent ook veel ervaring in het elftal. Denk maar aan Tomas Galásek, Hatem Trabelsi en die Fransman… Julien Escudé! Dat was een hele goede voetballer, een linkspoot.”
Jij was tweebenig, toch?
“Klopt! Als voetballer bij Ajax is dat een groot voordeel, dus zeker ook voor mij. Sneijder was ook tweebenig natuurlijk, maar wel op een heel ander niveau, vind ik. Wesley kon echt alles met twee benen. Vrije trappen, corners, alles. Ongekend.”
Je eredivisiedebuut was in 2006 tegen Feyenoord, de club waar je in 2008 ook je eerste doelpunt tegen maakte.
“Ik maakte destijds de openingstreffer in De Kuip. Het werd uiteindelijk 2-2. Toen waren er nog uitsupporters bij, dus die gingen lekker uit hun dak. Ik hoorde laatst van een vriend dat Klaas Jan Huntelaar en ik de laatste spelers zijn die scoorden tijdens een klassieker in De Kuip met Ajaxsupporters erbij.”
Tien jaar voor je debuut verscheen je als klein mannetje bij het kinderprogramma Willem Wever van presentator Jochem van Gelder. Je vroeg hoe je het beste bij Ajax terecht kon komen. Hoe kwam je in dat programma terecht?
“Dat is een goede vraag! Tot op de dag van vandaag weet ik niet of mijn ouders me opgaven of dat ik zelf een brief schreef. Bij Ajax voetballen was voor mij al vroeg het ultieme doel. Als kleine in Amsterdam geboren jongen wilde ik niks liever dan bij Ajax spelen. Die ploeg had ook net de Champions League gewonnen. Ik wilde er dus al vroeg werk van maken, haha!”
Sarpong (tweede van rechts) als jeugdspelertje bij Ajax. © AFC Ajax
Hoe kijk je als geboren Amsterdammer terug op je tijd bij Ajax?
“Met een heel fijn gevoel. Ik heb er mooie jaren gehad. Ik speelde er met veel geweldige spelers en maakte er vrienden. Het is een groot deel van mijn leven en vooral mijn jeugd. Ik heb alleen maar mooie herinneringen. Die koester ik ook. Ik haalde uiteindelijk het eerste elftal. Natuurlijk heb ik ook gemixte gevoelens. Ik stroomde snel door naar het eerste en maakte rap mijn debuut. De verwachtingen waren mede daardoor enorm hoog, bij supporters en bij mezelf. Daar wil je dan alles uithalen, maar dat ging niet helemaal zoals gehoopt. Daar zijn verschillende redenen voor. Het neemt niet weg dat ik supertrots ben dat ik voor Ajax heb mogen voetballen.”
Kun je uitleggen waarom het anders liep?
“Blessures op vervelende momenten wanneer je net het momentum hebt. Dan word je teruggeworpen. Zeker op jonge leeftijd is dat niet handig. Vooral omdat er bij Ajax veel concurrentie is. Dat hoort ook zo. Ik ben mijn hele leven niet anders gewend. Er liepen ook veel ervaren spelers bij Ajax, die verder waren dan ik. Spelers die al een bepaalde naam hadden en bleven staan, ook als de prestaties even wat minder waren. Ik maakte bij Ajax vijf trainers mee. Elke trainer heeft zijn eigen kijk op dingen. Dat is logisch. Net toen ik dacht dat het mijn jaar zou worden, kwam Henk ten Cate. Hij nam met Roger en Gabri twee middenvelders mee van FC Barcelona. Uiteindelijk speelde ik niet het aantal wedstrijden (31) voor Ajax dat ik graag had gewild, maar ik had wel altijd de juiste mentaliteit. Dat is nooit opgeven en altijd hard blijven werken, ongeacht wat er gebeurt.”
Je vertrok na een verhuurperiode aan NEC naar Real Sociedad. Daar tekende je een driejarig contract. Waarom die keuze?
“Ook weer om verschillende redenen. De club volgde me al een tijdje. Het leek me de juiste stap. Ik denk dat mijn speelstijl goed paste bij de Spaanse competitie. Ik was technisch vaardig en daar staat de Primera Division bekend om. Ik had altijd wel de gedachte om na mijn tijd bij Ajax naar Spanje te gaan om te kijken hoe dat me zou bevallen. Mijn zaakwaarnemer kwam ook uit Spanje, dus die link was snel gelegd. Daarbij kon ik onder Ajaxtrainer Martin Jol niet rekenen op veel speeltijd in Amsterdam, dus dan moet je ook een conclusie trekken en doorschakelen. Jol wilde me overigens ook als linksback gebruiken. Dat zag ik niet zitten.”
Je begon wel lekker in Spanje!
“Ik scoorde al in een van mijn eerste wedstrijden, maar helaas bleef een vaste basisplaats uit. Toch was het een mooie tijd.”
Wat voor club is Real Sociedad?
“Echt een hele mooie club, waarmee supporters zich al heel erg snel verbonden voelen. Het is belangrijk voor ze. Het is echt hun cluppie. Ze zijn vreselijk betrokken bij Real Sociedad. Als ik op straat liep, werd ik als speler enorm gerespecteerd. Ik weet nog dat ik een verkeersovertreding maakte. Ik kreeg van de agent geen boete, maar hij wilde wel een handtekening. De ons-kent-ons-cultuur is best typerend voor de club en de stad San Sebastián.”
Wat vond je van de stad San Sebastián?
“Het is niet zo groot, maar wel een prachtige stad aan de kust. Het is een van de mooiste steden in Spanje. Ik woonde er graag. Het is een beetje een mini-Barcelona. Ik weet niet of je erheen gaat, maar het is echt gaaf. Het is jammer dat het er nu niet mooier weer is, want dan haal je er helemaal het maximale uit. Maar Ajaxsupporters die afreizen, gaan zich zeker vermaken.”
Heb je nog tips voor Ajaxsupporters?
“De Spaanse keuken! San Sebastián staat bekend om z’n fantastische restaurants. Jamón is daar echt de beste serranoham die je ooit eet. En paellaliefhebbers kunnen uiteraard ook hun hart ophalen.”
Wat is je mooiste herinnering aan je tijd daar?
“Mijn teamgenoten. Ik had echt leuke teamgenoten. Ze waren ook op mijn bruiloft en ze voelden echt als vrienden. Ze verwelkomden me ook heel goed toen ik over kwam van Ajax. Leuke gasten en geen vervelende ego’s. Dat was echt fantastisch.”
Ene Antoine Griezmann zat daar ook, toch?
“Ja, klopt!”
Zag je toen al dat hij een hele grote zou worden?
“Niet zoals nu. Natuurlijk zag je dat hij een opkomend talent was met een neusje voor de goal, maar dat hij zó groot zou worden… Frans international en een hele grote meneer bij Atlético Madrid. Dat zag je op dat moment nog niet overduidelijk, vond ik. Griezmann is een hele aardige gozer. Hij was mijn buurjongen en woonde boven mij. Dan hoorde je hem wel eens schreeuwen als-ie aan het gamen was, haha!”
Je werd gedurende je loopbaan wel een wereldburger, want je speelde zelfs een seizoen in Nieuw-Zeeland.
“Bij Wellington Phoenix inderdaad. Dat was prachtig als belevenis en als avontuur. Ook voor mijn gezin was het mooi, want Nieuw-Zeeland is schitterend. Als voetballer had ik er achteraf niet veel te zoeken. Daar moet je heen als je gaat afbouwen. Ik maakte die stap eigenlijk te vroeg. Reizen en de wereld verkennen, kun je ook na je loopbaan doen.”
Je stopte twee maanden geleden pas met voetballen. Je laatste voetbaljaren beleefde je bij FK Panevezys in Litouwen. Hoe kijk je terug op je voetbalcarrière?
“Dat is een lastige vraag, want ik ben echt net gestopt... Een loopbaan met pieken en dalen, denk ik. Er zijn veel dingen die ik opnieuw zo zou doen en andere dingen niet. Waar ik altijd op zal blijven hameren, is dat je nooit moet opgeven. Ongeacht of een trainer wel of niet in je gelooft. Je moet altijd proberen om binnen je mogelijkheden er alles uit te halen. Maar goed, ik weet ook wel dat ik – puur kijkend naar mijn talent en potentie – hoger had moeten spelen. Maar ik deed altijd mijn best en gaf nooit op.”
Wat doe je tegenwoordig?
“Ik ben nu een van de hoofdtrainers bij voetbalschool TIFA Sports in Rotterdam. Dat doe ik samen met Michel Poldervaart, een goede vriend van mij. We ontwikkelen daar jonge talenten en delen onze ervaringen. Het is leuk jonge gasten te helpen in hun ontwikkeling als voetballer en als mens.”
Volg je Ajax nog steeds?
“Zeker weten. Ik was vorige week nog op De Toekomst. Dat was een hele tijd geleden. Toch zag ik nog veel bekende gezichten. Dat voelde echt wel weer als thuiskomen. Ik ben blij dat het nu beter gaat met de club.”
Sluit je aan bij onze ruim 135.000 leden. Samen staan we achter Ajax. Omdat SV Ajax opkomt voor jouw belangen ben je nog meer met Ajax verbonden.
* Prijzen lidmaatschappen verschillen per leeftijdsgroep en aantal leden per gezin.
Voorrang bij kaartverkoop
Tijdens evenementen dichtbij spelers
Heel veel korting, acties en prijzen!
© 2024 ajaxlife.nl – Powered by TRES