Een verslaggever van Voetbal International drukte de middenvelder in de mixed zone een microfoon onder de neus en vroeg hem hoe het is om geschiedenis te schrijven bij zijn oude club. In nog altijd vloeiend Nederlands liet Eriksen weten dat Lucas Moura zijn ploeg met een loepzuivere hattrick redde, maar dat hij meevoelde met de Ajacieden.

“Het is toch heel speciaal om juist hier de finale te halen. Het spijt me voor Ajax natuurlijk. Dat is pijnlijk, maar aan de andere kant ben ik natuurlijk heel blij dat wij in de finale staan.”

De Deen prijst vooral de mentaliteit van zijn ploeg. Een ronde eerder liet Spurs tegen Manchester City al zien waar het toe in staat is en dat kunstje werd in Amsterdam een soort van herhaald.

• Interview: Twee minuten met Toby Alderweireld

“We moesten van ver komen, maar gingen vol gas, de hele wedstrijd. We hebben de achterstand kunnen repareren, maar het was vanavond wel echt heel moeilijk voor ons hoor.”

Eriksen stelde onder de indruk te zijn van wat Ajax over twee wedstrijden liet zien tegen Spurs. “Ik vond Ajax heel goed. Voetballend waren ze over twee duels natuurlijk veel beter dan ons, maar misschien is onze mentaliteit wat beter, al kwam er ook wat geluk bij kijken.”

De international doelt daarbij vooral op de mogelijkheden die de Ajacieden nog creëerden toen er nog een 2-2-tussenstand op het scorebord stond. Ajax was een aantal keer heel dichtbij een bevrijdende treffer, al was een gelijkspel natuurlijk ook genoeg geweest.

• Geweldige Ziyech is streng voor zichzelf na dreun in laatste minuut

Eriksen: “Ajax speelde heel goed voetbal. Ze kregen ook flinke kansen en we hadden geluk dat ze niet vaker scoorden na de 2-2. Ja, en als Moura dan de derde voor ons maakt, is het klaar.”

“De supporters van Ajax moet echt heel blij zijn met hun team,” is Eriksen van mening. “Ze spelen fantastisch voetbal en het is ook een beetje ongelukkig dat ze niet door zijn. De spelers van Ajax en hun supporters kunnen zeker tevreden zijn, want ze hebben gewoon een heel goed toernooi gespeeld, al is het einde heel vervelend.”