Door Sander Zeldenrijk

Natuurlijk zijn de verwachtingen rondom de Deense spits gestegen na zijn goede start van het seizoen. Tegenstanders houden meer rekening met Dolberg en de Deen zelf moet proberen de stijgende lijn door te trekken om aan het hoge verwachtingspatroon te voldoen.

Niemand die voorafgaand aan dit seizoen verwachtte dat de tiener veertig officiële duels zou gaan spelen, maar inmiddels staat zijn teller al wel op 34 Ajaxwedstrijden. Dat hij nu dan ook even in een mindere periode zit, was door Peter Bosz al enigszins voorspeld. Het probleem voor de oefenmeester lijkt alleen dat Dolberg nog geen gelijkwaardige concurrent in de spits heeft.

Over vermoeidheid hoor je de Deen echter niet snel klagen. Ook in Arnhem had de aanvaller er, twee dagen na de zware uitwedstrijd tegen Legia Warschau, weinig last van ook al wisselde Bosz hem vlak voor tijd voor Mateo Cassierra. “Nee, ik heb de hele wedstrijd niet aan afgelopen donderdag gedacht. Misschien dat ik de laatste tien, vijftien minuten wat begon te voelen, maar dat kwam ook door het verloop van de wedstrijd. Ik moest druk blijven zetten en daardoor veel rennen,” vertelt hij Ajax Life.

De pas negentienjarige Ajacied erkende wel dat hij een matige wedstrijd had gespeeld in Arnhem. “Dit was een zware wedstrijd. Als team speelden we in de eerste helft goed en scoorden we een mooi doelpunt. De tweede helft voetbalden we vooral om te voorkomen dat Vitesse zou scoren. Ik zat zelf niet lekker in de wedstrijd. Ik had niet de controle over de bal zoals ik dat zou willen. Ik stond ook tegenover twee sterke centrumverdedigers. Nee, het ging voor mij vandaag vooral over bewegen en rennen.”

En dus niet over doelpunten. Een treffer had hem wellicht in de wedstrijd kunnen brengen, maar de door Kevin Blom toegekende strafschop werd gemist door ploeggenoot Davy Klaassen. “Ik stond als tweede op het lijstje voor vandaag. Davy voelde zich goed en pakte de bal natuurlijk in de hoop te gaan scoren. Of ik de volgende ga nemen? Dat zullen we eerst bespreken. We zullen het zien. Ik ben er wel klaar voor. In de jeugd bij Ajax nam ik ze niet, maar in Denemarken wel geregeld.”