We hebben flink gelachen om PSV in de seizoenen dat we druk bezig waren een kwartet schalen te verzamelen en natuurlijk komen en gaan successen in golven, maar tussen de lachbuien door werd één ding vergeten: het uitdelen van de knock-out.

Er was bij PSV geen geld, geen kwaliteit en leiding evenmin. Het was een grote puinhoop in het Philips Stadion, de magere jaren leken aangebroken. Helaas blijkt uit de wederopstanding in het Eindhovense dat er in de tussentijd vooral in de Amsterdam Arena veel fout is gelopen.

Ajax zou vandaag de dag het Bayern München van Nederland moeten zijn. Met de beste spelers van het land, een jeugdopleiding die diamantjes slijpt en het meeste geld op de bank had Ajax een grote voorsprong kunnen pakken. Het gemaakte verschil viel in slechts twee jaar tijd ongedaan te maken.

Ajax zou vandaag de dag het Bayern München van Nederland moeten zijn.

Het is zo erg dat we anno 2016 moeten afkijken bij PSV. Ajax kiest er voor om te judoën met een hand op de rug – filosofie heet dat – terwijl het tegenstanders uit het vedergewicht amper aankan. Zo'n beetje alle internationale deelnemers zien het en profiteren ervan, maar er is nog geen lampje gaan branden. Zelfs niet nu Ajax voor de winterstop al op zijn rug werd gegooid en zondag misschien wel moet aftikken.

De kunst van een filosofie die deugt is om 'm bij te schaven, zonder je principes op te geven. PSV had geen geluk met balletjes die Gianni Infantino trok en was ook niet zo naïef om te domineren tegen Atlético Madrid. Gerbrands en consorten verdienden de jackpot van de kwartfinales voor het getoonde leiderschap en ingezette beleid.

Al was het maar om uit de overvolle schatkist in de Arena dat ene kwartje te laten vallen.