Liverpooltrainer Bill Shankly toonde zich geen waardig verliezer na de 5-1-zeperd in Amsterdam op 7 december 1966. Nog voordat hij de bus instapte bij het Olympisch Stadion liet hij de aanwezige pers weten dat Liverpool een week later thuis wel even met 7-0 zou winnen.

Zijn spelers waren meer ontdaan door het resultaat, herinnert Kenneth Ashton zich. Hij reisde als journalist van de Daily Sketch de ploeg achterna. “De spelers waren, natuurlijk, in shock. Het was akelig stil in het vliegtuig terug naar Liverpool,” weet Ashton vijftig jaar later nog. “De spelers hadden het gevoel dat ze de fans teleurstelden. Maar ze hadden ook grote bewondering voor het Ajaxspel. En voor ene Johan Cruijff.”

Ashton, die zelf ook een zwak had voor Liverpool, belde tijdens de wedstrijd elk kwartier honderd woorden door naar zijn redacteur, Andy, in Engeland. “Hij was fan van West Ham United, en had dus niets met Liverpool,” aldus Ashton. “Hij had de grootste lol. Hij vroeg bij elke treffer van Ajax die ik doorbelde of ik een leuke avond had. Na de 5-0 vroeg hij zelfs of Liverpool een beetje goed speelde.”

De 5-1 betekent voor Liverpool nog altijd de grootste Europese nederlaag ooit in Europees verband. Toch – of misschien juist wel daardoor – wordt er bij het duel niet veel stilgestaan, aldus Ashton. “Het was sowieso een teleurstellend seizoen, zonder enige prijs. In de competitie werd de ploeg slechts vijfde, dat was misschien nog wel erger. Het was een seizoen om snel te vergeten.”

• De mistwedstrijd: Opvallende zaken in de Amsterdamse mist