“De eerste keer dat de trainer en ik spraken, gaf hij aan dat hij mij als echte middenvelder ziet en niet meer als links- of rechtsbuiten,” vertelt Schöne in gesprek met De Telegraaf. “Hij dacht aan de nummer tien-positie, maar in dat gesprek zei ik dat ik onder Frank de Boer ook weleens als controlerende middenvelder speelde. Hij had op die manier nog niet naar me gekeken, maar zou het in gedachten houden.”

Dat was geen zoethoudertje van Bosz, in aanloop naar het bekerduel met Willem II kwam de trainer naar Schöne toe. Bosz vertelde dat hij het wel eens wilde proberen met Schöne als controleur. “Ik mocht het op mijn manier invullen en ik denk dat het wel aardig ging. Sinds die 5-0 zege sta ik er vast in en dat is wel lekker, want dat was een tijdje geleden.”

Vanwege de keuzes die Bosz maakte na de wedstrijd tegen Willem II vroeg met name De Telegraaf zich af of het allemaal niet te aanvallend is, zeker voor de komende topwedstrijden. Sindsdien bestaat het middenveld uit Schöne, Hakim Ziyech en Davy Klaassen, stuk voor stuk aanvallend ingestelde spelers.

Op het moment dat Schöne een gesprek met de wakkere krant heeft, kun je erop wachten dat er dan een vraag over wordt gesteld. Schöne snapt de gedachte, maar vindt dat hij heeft laten zien dat hij het wel aankan. “Ik denk dat ik tegen Standard Luik heb laten zien van wel. Dat was ook een prima tegenstander. Wij willen aanvallend voetballen en op deze manier kom ik goed tot mijn recht.”

“Ik ben fysiek niet de sterkste en niet de snelste, maar je kunt ook je ervaring en slimmigheid gebruiken. Het gaat erom dat ik in mijn hoofd een seconde sneller ben. En tegen Nick Viergever, achter me, heb ik gezegd: ’Roep me maar terug als je vindt dat ik te ver sta’. Die samenwerking gaat prima.”