Het seizoen 1997/1998 was voor Ajax een soort nieuwe realiteit, al drong dit op dat moment nog maar half door. De nodige bekende gezichten van het gouden Ajax van 1995 waren inmiddels uitgevlogen, Louis van Gaal was vertrokken en er kwamen veel aankopen voor terug.

Verder was er de verhuizing van het biljartlaken in De Meer naar de toen nog Amsterdam Arena. Met zijn toendra. Plus het feit dat er voor het eerst sinds vele jaren geen Champions League werd gevoetbald, maar een avontuur in de Uefa Cup wachtte. En hoe gladjes het in de eredivisie ook verliep, in Europa ging het minder lekker.

Ajax opende met een gelijkspel tegen NK Maribor, zwijnde tegen Udinese en stuitte toen op VfL Bochum. Dit was geen pot met goud in vergelijking met een optreden in de halve finales tegen Bayern München of Borussia Dortmund. En dat zou ook blijken...

• Heerlijke beelden: stoomwals Ajax plet FC Utrecht in Galgenwaard!

De Ajacieden zaten er niet zo lekker in, op die dinsdagavond. Want ja, de Uefa Cup behoorde in die dagen tot het voorprogramma. Zo kon het gebeuren dat Bochum – de shirtkleuren waren trouwens de schuld van sponsor Lotto – halverwege de eerste helft op een 0-2-voorsprong stond. Tot twee maal toe werd onzorgvuldig verdedigen afgestraft.

Maar toen... Toen gebeurde er iets! Er ontsprong een vonkje en plotseling stond Ajax in vuur en vlam, gevolgd door de supporters op de tribunes. Dankzij impulsen van Richard Witschge, Shota Arveladze en Michael Laudrup werd binnen de kortste keren orde op zaken gesteld. De Duitse commentator van dienst kon amper geloven wat hij voor zijn ogen zag ontvouwen.

Laudrup scoorde met een knappe lob en volgde dit op met een simpele intikker, waarna Arveladze de complete Bochum-defensie en een aantal teamgenoten – let eens op Oliseh! – verraste door te scoren uit een snel genomen vrije trap. En Frank de Boer maakte er ook nog 4-2 van. Hup, omgedraaid.

Let wel, dit alles gebeurde tussen de 34ste en 45ste minuut! Daarna droogden de doelpunten snel weer op, want het net zou die avond niet meer trillen. Ondanks een nieuwe achterstand in de return trokken de elf van Morten Olsen in Duitsland een eindstand van 2-2 over de streep, waarna Spartak Moskou bij de laatste acht een maatje te groot bleek.