De vijftiende Europese wedstrijd van Ajax in dit seizoen bleek opnieuw een intense. Eentje waarin Ajax goed voor de dag kwam tegen de Italiaans kampioen. “We waren goed aan de bal. Dat had ik de jongens vooraf ook meegegeven. We moesten goed zijn aan de bal om hun te ontkrachten in de omschakeling.”

Dat Ajax na een goede eerste helft in de slotminuut tegen een achterstand opliep via de verder tamelijk onzichtbare Cristiano Ronaldo was een domper, zo erkende de oefenmeester. “Dat was zuur. We moesten de jongens oppeppen in de rust. Dat lukte goed, denk ik. We vertelden dat ze door moesten gaan met dezelfde overtuiging en dat er dan misschien wel wat in zat. Dat hebben ze gedaan.”

Ajax begon voortvarend aan de tweede helft via een snelle treffer van David Neres. “Daarna kenden wij een uitstekende fase, waarin we Juventus goed terug drukten. Jammer genoeg kwamen we niet tot heel grote kansen of een treffer. Daarna ging de lucht er een beetje uit. Al met al is dit een uitstekend resultaat, met perspectief.”

Met het oog op de return in Turijn, dinsdag 16 april, verwacht de oefenmeester wel dat de Italianen anders in het veld staan. “Juventus zal aanvallender spelen en agressiever verdedigen. Wij moeten de gave en kwaliteit hebben om ons daar onderuit te spelen. Als we daar goed mee om weten te gaan, zit er wat in en mogen we geloof hebben in een goed resultaat en de halve finales.”

De heenwedstrijd in Amsterdam leverde de spelers volgens hun trainer een wijze les op. “Een klein moment van onachtzaamheid werd meteen afgestraft. Wil je de stap zetten, dan zal dat beter moeten. We mogen daar geen moment verslappen. Natuurlijk blijft Juventus favoriet, maar we hebben wel laten zien dat we op dit niveau meekunnen. Maar eerst moeten we dit begraven en ons richten op Excelsior.”